Regatta zeilen, iets voor ons?

En in een wip zijn er een paar weken voorbij… voor Blowing Bubbles en crew waren het erg drukke weken.

We hebben afscheid genomen van Samana, de cocktail bar, het piraten eiland, de fruit kraampjes langs de straat en de altijd uitbundige salsa muziek. Een laatste diner in het chiquere restaurant Santa Bahia in, jawel, Belgisch gezelschap van zeiljacht Simousi dat is ons afscheid. ’s Morgens vroeg halen we ons anker op.

Met een goed weather window zeilen we in 1,5 dag door de beruchte Mona passage (het stuk zee tussen Puerto Rico en de Dominicaanse Republiek) naar de Zuid kust van de Dominicaanse Republiek. We genieten van een mooie namiddag op zee, vangen ondertussen zomaar even 3 barracuda’s die we allemaal teruggooien omdat ze ciguatera kunnen hebben en je ze dus beter niet opeet. De nacht in de Mona Pas is pikdonker, er is geen maan en bovendien worden de sterren afgedekt door een wolkenlaag, als we dan ook nog eens een squall met 35 knopen wind over ons krijgen dan zie je echt niks buiten de navigatie lichten van de boot. Maar in de late ochtend varen we langs Saona Island op zoek naar een goede ankerplek.

De zeilers tam tam vertelde ons dat aan de Zuidkust hier helder water en goeie duikplaatsen te vinden zouden zijn. Dat komt goed uit want het is al even geleden dat we nog een duikje maakten. Bovendien komt Alexis hier op bezoek om wat duikjes met ons mee te doen.

We droppen ons anker in het kristalheldere water van Saona Island, tot zover had de tamtam al gelijk.

We slagen erin een zeer afwisselend programma in elkaar te steken voor onze gast aan boord, Alexis. We zeilen van ankerplek naar ankerplek langs de zuidkust (op een paar hiervan rollen we letterlijk uit ons bed), drinken een sundowner in de natural pool, we pikken een zeer lokaal salsa feestje mee met Presidente (lokaal bier) en Cuba Libre, we genieten van de luxe in de marina van Caso de Campo, we zeilen een regatta mee, bezoeken de hoofdstad Santo Domingo, ankeren op een rivier en tussendoor duiken we op verschillende plaatsen, we zien een mooi wrak, kleurrijke riffen en dankzij een goeie tip binnen de familie hebben we zelfs de kans om een grotduik te maken.

Bayahibe

Bayahibe is onze uitvalsbasis, een uurtje van Punta Cana Airport en een zeer sympathiek stadje dat ’s morgens en ’s avonds overspoeld wordt door een horde toeristen op zoek naar hun party catamaran om de dag door te brengen op één van de mooiste stranden hier in de buurt (Saona Island) Tussen 16h en 17h worden ze terug afgeleverd door de toeristen boten en gaan ze op zoek naar de juiste bus die hun terugbrengt naar hun resort in Punta Cana.

Buiten die uren is het een rustig stadje, het haventje doet ons denken aan de vele kleine haventjes in de Middellandse zee met een muur waaraan vissersbootjes liggen (en ook onze dinghy) met terrasjes van de restaurants langs het water. Er is veel lokaal leven en elke avond is er wel iets te beleven. We blijven wakker voor de fiesta patronales van Bayahibe met een bekende salsa band, pas om 22u30 start het optreden en gaat iedereen uit de bol. 2 weken later pikken we het feestje mee op het strand ter ere van een viswedstrijd met een optreden van de wereldberoemde (in Latijns Amerika toch) king of bachata, Frank Reyes. We hebben de beste plaats in onze dinghy op anker aan de rand van het strand langs de VIP tribune. De VIPs vinden ons wel tof en bieden ons zomaar de fles whisky met bekertjes aan. Ondanks het feit dat iedereen elk nummer uit volle borst meezingt, kennen wij geen enkel liedje van Frank Reyes, hij zal te vergelijken zijn met de lokale Clouseau veronderstellen we. Het is zeer plezant en altijd speciaal om een lokaal feest bij te wonen.

Je hoorde het al, in Bayahibe kennen ze iets van feesten en is het altijd zeer gezellig maar helaas is de baai waar we op anker liggen een ware nachtmerrie. Niet enkel door de ochtend en avond drukte van de toeristen catamarans, maar er is zo goed als geen beschutting. ’s Nachts draait de boot zich meestal dwars op de deining en dan rol je letterlijk uit je bed. We komen er al snel achter dat Saona island de enige beschutte ankerplek is maar dat is telkens 2 uur varen van Bayahibe.

Natural Pool

We varen naar Saona Island en meteen de tweede dag doen we een check duikje onder de boot met onverwacht best veel leven. We spotten verschillende stingrays, een schorpioen vis en we mogen zelfs genieten van een mimic octopus die over het zand wegzwemt.

Een sundowner op het einde van de dag in de natural pool aan Palmilla Beach. De natural pool is een stuk parelwit zeer fijn zand dat een paar honderd meter van het strand nog steeds 1,5m diep is, het water is turkoois blauw. Je kan hier dus rustig in het aangenaam warme water staan en je pintje drinken. We zijn dan ook niet de enigen die op dit idee komen. Motorboten met lokale mensen en toeristen liggen her en der op anker, uit de boxen weerklinken natuurlijk weer de mega luide salsa beats. We leggen de dinghy op anker en ontspannen in het heerlijke water onder het genot van een pintje.

Grotduik

Maar Alexis kwam om te duiken. We kregen een tip ivm een mooie, goed toegankelijke en niet te moeilijke grotduik. Dat willen we wel eens gaan uittesten. We huren een auto want met de dinghy zullen we er niet geraken, laden al het materiaal in de auto en zoeken de grot. We vinden een kleine niet verharde weg met een bordje “Cueva”. Na 500m is er een slagboom en moeten we entree betalen om het natuurreservaat binnen te mogen. Duiken is geen probleem, dat is 100peso (bijna 2 euro) meer en dan mogen we doorrijden. We hoeven onze duiklicenties niet te laten zien, hoeven geen documenten in te vullen, geen regeltjes, zo simpel gaat dat hier nog! De weg naar de grot is zeer uitdagend, onze huurauto ziet af. Maar goed dat we toevallig een wat hoger model hebben gekregen. Maar na 15 min door putten en over dikke keien te hobbelen komen we op het eindpunt bij Cueva de Chicho. We gaan op verkenning en zien dat het een eindje wandelen is tot aan het water. We maken een plan om ons materiaal erheen te brengen zodat we niet 20 keer heen en weer hoeven te lopen over het hete, smalle pad naar de grot. We nemen de trap in de grot richting het water. Ik kijk uit naar de verkoeling van het water en wat een verkoeling, het is 24graden. De zee is 26graden maar dat is een groot verschil in gevoel. We hebben een hele bunch lampen voorzien, die gaan aan en we dalen af in het heldere water. Het eerste deel van de grot is zo groot dat je overal je hoofd boven water kan steken, deel 2 is een echte grot zonder lucht tussen het water en het plafond. Het water is super helder, je kan zover zien als je lamp schijnt.

We vinden de gidslijn (een touw dat als referentie dient om de weg in de grot en de weg terug te vinden) en volgen deze een eindjr de grot in. De omgeving is adembenemend mooi, overal hangen stalactieten en staan stalagmieten die naar elkaar toegegroeid zijn. Wat een prachtig zicht, we genieten van al dat moois maar keren al snel weer terug. Aan het begin van de grot spotten we zelfs waterleven; een doorschijnende garnaal, of is dit een scampi? Een mooie blauwe krab en een paar visjes die snel wegzwemmen voor ons licht.

Een prachtige duik die ons lang zal bijblijven!

Regatta

Maar er is nog dat andere speciale dat we gepland hebben. We gaan voor de eerste keer in ons leven een regatta (zeilwedstrijd) meezeilen. Deze regatta wordt georganiseerd door de Dominicaanse Armada (marine). Het is diezelfde armada waar we steeds opnieuw onze despacho moeten gaan halen als we naar een volgende bestemming willen zeilen. Dit is reeds jaren een traditie, dit jaar is de 179ste editie en wij zijn de eerste cruisers boot die zal meedoen en de enige internationale boot. De Armada vindt dit wel speciaal en we worden dan ook in de watten gelegd. De week voor de regatta als we onderweg zijn naar Santo Domingo, worden we vrijgesteld van de aanvraag van despacho’s. Er wordt zelfs een uitnodiging voor ons geregeld in de privé marina Caso de Campo, normaal kan je hier enkel fuel tanken en in- of uitklaren. Wij spenderen hier 2 rustige nachtjes langs alle grote luxueuze motorjachten. Caso de Campo is een zeer exclusief dorp op zich, met eigen luchthaven, jachthaven, supermarkten en restaurants. Je geraakt hier zomaar niet voorbij de poort met wachters, enkel op uitnodiging kom je binnen. Er staan kasten van villa’s met voor de deur een paar oldtimers geparkeerd of er staat een ferrari voor de deur, niemand die ervan opkijkt hier.

We genieten van de supermarkt waar je werkelijk alles kan vinden en ’s avonds doen we een goed restaurantje. Maar we genieten vooral van de goede nachtrust na een paar rollende, zo goed als slapeloze nachten in de baai van Bayahibe. Na 2 nachten zeilen we verder naar Santo Domingo waar de regatta op ons wacht.

De marina in Santo Domingo is te ondiep voor ons maar dat is geen probleem, commandant De Windt (je hoort het al, zijn grootvader was inderdaad Nederlands) regelt een plekje voor ons aan de kade van Sans Souci tegen één van de armada schepen.

Op de briefing worden we ingelicht over de procedure en de route. Het is nog steeds het leger dus er is gaat heel wat protocol aan vooraf, en dat allemaal in het Spaans…. Gelukkig is er Philip, een geëmigreerde Fransman die ook met zijn boot mee zal zeilen. Hij legt ons alles nog eens uit. Het komt erop neer dat er 9 boten meedoen, elke boot krijgt een handicap coëfficiënt mee om op een eerlijke manier met verschillende type boten tegen elkaar te kunnen zeilen. Een grote boot gaat sneller dan een kleine etc…. Wij blijken een zeer kleine handicap te hebben, dwz dat we een goed presterende boot hebben, tenminste als je alle extra kilo’s op de kant laat (duikflessen, lood, compressor, liters drank en veel conserven,.) … We gaan een wedstrijd meezeilen met ons huis, je kan het vergelijken met een rally meerijden met je mobilhome of je caravan achter je auto.

Maar goed we doen dit voor de fun dus we maken ons er niet teveel zorgen om, enkel de dinghy laten we achter.

De avond voor de regatta worden we aan de admiraal en een aantal commandanten voorgesteld, we worden uitgenodigd voor een rondleiding op het zeilschip dat als opleidingsschip wordt gebruikt en ook het schip van commandant De Windt mag niet ontbreken, dit schip wordt ingezet bij humanitaire acties (aardbeving Haïti of hulp na het passeren van orkanen). Het scship gaat al ettelijke jaren mee, we gokten van de jaren 60 maar het werd gebouwd in 1932. Dat is ook duidelijk te zien op de brug waar nieuwe navigatie computers werden geïnstalleerd naast de antieke instrumenten. Dit is een schip uit de tijd waarop mijn bompa dienst deed op de Noordzee tijdens de Tweede wereldoorlog. Dat besef doet me met iets andere ogen naar het schip kijken. Bompa zou fier zijn op mij dat ik nu hierop rondloop!

We worden uitgenodigd in de bar van de officieren en er wordt een douche, speciaal voor ons, in gereedheid gebracht. Het water in de haven is heel erg vervuild, het is zwart en regelmatig drijven er volledige (volle) vuilniszakken voorbij of dode dieren. Geen denken aan dat we hier de watermaker gaan gebruiken maar een douche nemen is in deze hitte toch wel aangenaam.

Op zondag, de dag van de regatta, mogen we eerst gaan ontbijten in de officiers bar langs het strand. We krijgen onze outfit, een spierwitte T-shirt met lange mouwen en een lunchpakket voor de dag. Er wordt ons een kadet in opleiding toegewezen om ons te helpen tijdens de wedstrijd en na de toespraak van de admiraal en groet bij het opleidingschip gooien wij de trossen los en maken samen met de andere wedstrijdzeilers een paar ere rondjes onder zeil langs het opleidingschip. Vervolgens zeilen we allemaal in 1 lijn langs het kanaal de zee op. Daar zien we de grote oranje wedstrijd boeien liggen die we volgens een bepaald patroon moeten ronden. JM en ik maken een strategisch plan, wanneer gebruiken we de Code Zero (er is zeer weinig wind) en hoe wat is de tijd die we nodig hebben om tot aan de startlijn te geraken?

Onze timing en strategie werkt want we vertrekken als derde boot over de startlijn al kruisend op weg naar de eerste boei. Er is niet veel wind dus nu komt het op de finesses aan. Omdat je niet tegen de wind kan inzeilen moeten we opkruisen en al zigzaggend richting de eerste boei zeilen. Op zich niet zo moeilijk maar we moeten de boei aan bakboord laten als we ze ronden dus je moet goed kunnen inschatten wanneer je overstag gaat in het laatste traject zodat je net de boei kunt ronden. Als dat niet lukt moet je nog eens een rondje doen en de boei alsnog aan de juiste kant ronden anders ben je gediskwalificeerd. De boot voor ons, maakt een inschattingsfout en we zien hem een extra rondje doen aan de boei. JM is een krak om dit in te schatten, ikzelf ben beter in het zeilen en aanvoelen van de boot. Dus dat is een goeie combinatie en we ronden de boei aan de juiste kant. Nu is het halve wind naar de volgende boei dus we rollen de fok in en halen ons groot lichtweer zeil uit. We verliezen tijd met dit maneuver maar dat wordt ruimschoots goedgemaakt door de snelheid die we halen met de Code Zero (grote zeil). Dit is een gemakkelijk traject en gaan dan weer verder naar de volgende boei. Daar moeten we de Code Zero terug weghalen en de kleinere fok gebruiken om weer op te kruisen. De Code Zero is een tijdelijk zeil dat geïnstalleerd staat voor de rolfok, daardoor kunnen we niet overstag gaan met de Code Zero, niet ideaal in een aan de winds traject. Ondertussen kunnen we ook het opleidingschip in volle glorie bewonderen. Ze maakt een ere rondje op zee met volle zeilen.

Ook met dit traject halen we vlotjes het ronden van de boei, we zetten het laatste traject in voor de wind richting finish maar de wind is bijna helemaal weggevallen, we vlinderen met de code zero en het grootzeil dwz dat het grootzeil aan de stuurboord kant van de boot staat en de code zero aan bakboordkant. Op die manier heb je een optimale benutting van je zeilen op een voor de windse koers maar met zo weinig wind en de normale zeedeining flapperen de zeilen veel te veel en we gaan aan een tergend traag slakkengangetje richting finish. Ondertussen hebben we wel 2 boten gedubbeld dat geeft toch een goed gevoel.

Oh ja, we hebben ook nog Carlos, onze marine kadet aan boord. Hij trekt het grootzeil op en we leren hem een touw op de winch leggen, stootwillen ophangen en kikkers beleggen is niet zijn sterkste kant. Hij leert in zijn opleiding momenteel het gebruik van navionics GPS apparatuur, die hebben we niet echt nodig om de wedstrijdboeien te vinden. Helaas wordt Carlos al snel uitgeschakeld, na ongeveer 15 minuten op zee inclusief deining hangt hij groen over de rand van de boot, hij is zeeziek tot we terug in de haven aankomen. Op zijn hulp hoeven we niet meer te rekenen, maar met Alexis aan boord hebben, komen we vlotjes toe in hulp voor het wisselen van de zeilen. Ik denk dat we het zelfs met ons 2 hadden kunnen doen. We merken dat we onze boot erg goed kennen na die 2 jaar rondzeilen, we laten de deelnemende boten van de Armada allemaal vlotjes achter ons. Na een tergend traag laatste traject zeilen we 2u30 na de start als 2de over de finish! Even ter vergelijking de laatste boot kwam pas 2 uur na ons binnen!

Dat geeft ons tijd om de boot op te ruimen, en een douche te pakken alvorens we op de prijsuitreiking worden verwacht. Na berekening van alle handicaps eindigen we 2de in de rangschikking, 10 minuten na de boot van Philip (die was slechts 24 voet en hij haalde de dag voor de regatta alles uit zijn boot tot en met het anker). Maar we zijn heel tevreden, een 2de plaats kan al tellen voor een eerste regatta! We nemen de mooie zeilboot troffee in ontvangst van de admiraal. Die krijgt een mooi plekje aan boord!

Wat een mooie ervaring!

Terugtocht naar het rol paradijs

We blijven nog een dag liggen, JM regelt via een Uber 3 taxiritten naar het dichtstbijzijnde tankstation om onze voorraad diesel bij te vullen. Hij rijdt heen en weer met onze jerrycans, die we vervolgens op de boot in de tanks laten lopen en daarna neemt hij ze weer mee om bij te vullen. Na 3 keer zijn de 2 dieseltanks weer vol en ook alle jerrycans die aan dek staan zijn bijgevuld. We kunnen er weer tegen voor een tijdje, voor water te maken en duikflessen te vullen zijn we afhankelijk van diesel aangezien de generator daarvoor moet draaien. Dus geen diesel betekent niet duiken en geen drinkwater.

De zeiltocht terug richting het Oosten begint zeer aangenaam, we rollen de code zero (het grote zeil) uit en zeilen met een aangename snelheid in de ochtend bries richting het Oosten. Maar dit mooie liedje duurt niet lang, de voorspelling zegt dat de wind in de late ochtend zal toenemen tot 25 knopen. Maar zoals dat altijd gaat met windvoorspellingen mag je er gerust 5 tot 10 knopen bijtellen. Bij 24knopen halen we de code zero binnen en rollen we de kleinere fok uit maar al snel moet we reven. In het grootzeil gaan 2 riffen en de fok wordt slechts voor de helft uitgerold. Het waait ondertussen rond de 30 knopen en we zeilen aan de wind. Dat is een heftige koers doordat de boot tegen de golven in moet vechten. De autopilot gaat uit en ik stuur manueel verder, ik zie de golven namelijk aankomen en kan erop anticiperen zodat we niet recht in elke golf hakken met als gevolg dat de boot hevige klappen krijgt en alles aan boord davert en schudt. Ik slaag erin om redelijk vlotjes door de golven te gaan. We zoeken beschutting op de Cumayasa rivier voor de nacht. Daarna gaat het verder naar Catalina Island waar het kraakheldere aquarium water op ons duikers wacht. We maken verschillende duikjes en dan is het tijd voor Alexis om terug het vliegtuig op te stappen. We wagen ons weer in de rollende baai van Bayahibe en brengen hem weg naar de luchthaven.

Op de terugweg stoppen we nog even bij de supermarkt, laden de boot weer vol met fruit en groenten en maken dat we de volgende ochtend snel weg zeilen uit de rollende baai. In Caso de Campo klaren we uit, dat kost wel wat moeite. JM weigert om de boot af te meren aan de betonnen kade die vol op de deining staat en waar we met onze preekstoel al tegen de kade worden gegooid. Als we hier blijven maken we stukken.

We mogen uiteindelijk in de beschutting aan het fuel dock liggen en moeten beiden mee naar het douane kantoor. De port authorities, douane, immigratie en de Armada gaan aan de slag met onze papieren. Volgens mij doen ze allemaal hetzelfde, onze paspoorten en registratie bewijs van de boot op één of ander document noteren. De Armada wilt 120 usd van JM als onkosten voor de administratie, maar die dienst is in het hele land gratis, dat maakten ze ons in Santo Domingo nog eens extra duidelijk. JM haalt daarop zijn GSM boven en toont foto’s van onze prijsuitreiking van de regatta in gezelschap van de admiraal en alle commandanten. Dat zijn hun bazen en bij het zien van deze foto’s zegt de hoogste in rang dat het allemaal gratis is, geen “onkosten” te betalen!! Waarvoor die regatta al niet goed was.

Als we klaar zijn met de admin willen ze nog onze boot zien, aan boord kijkt de vrouw van de douane eens rond op de boot, is zeer geïnteresseerd in onze verrekijker en zegt opeens: “Ok we zijn klaar hier, ik ben klaar voor de fooi!”

Een ongeschreven regel zegt dat je hun een fooi moet geven als afronding van het uitklaren…. JM kan er zich uitbabbelen met wat “echte” Belgische pintjes en een paar dollars.

Weg hier, we zeilen naar Saona Island genieten van een goeie nachtrust en bestuderen de weerkaarten. Het plan was om hier een paar dagen te bekomen, wat te duiken, de boot te poetsen etc maar het weer ziet er stabiel en goed uit dus we beslissen om de dag erna in de late namiddag te vertrekken. Werk aan de winkel dus, boot oceaan klaar maken, dinghy op het dek, buitenboordmotor in de garage, eten maken voor onderweg….. tegen half 5 in de namiddag zijn we klaar. Om 17u verlaten we de Dominicaanse Republiek.

Het eerste stuk is scherp aan de wind, daarna zou de wind meer oost moeten draaien en kunnen we halve wind zeilen. Vanaf het begin zeilen we aan hoge snelheid. We halen gemiddeldes van 6,5 – 7 knopen. De wind blijft de eerste 2 dagen heel stabiel rond 22 knopen. Onze snelheid blijft hetzelfde maar helaas krijgen we over een groot deel van de route tegenstroming tot wel 2,5knopen. Dat motiveert niet echt maar we hebben geen keuze. Onze snelheid door het water is 6,5 knoop maar de snelheid over de grond is slechts 4,5knopen. Na een paar uur hebben we nog maar 1 knoop stroming tegen en lopen we weer beter. Op de avond van Dag 2 neemt de wind toe…. 33 knopen halve wind. We reven de zeilen en lopen nog steeds 7knopen, lekker snel maar het is niet meer aangenaam aan boord. De golven komen dwars op de boot en duwen ons telkens opnieuw heel erg scheef met als gevolg dat je over heel je lichaam spierpijn krijgt aangezien je nergens ontspannen kan zitten of liggen.

De laatste 20 u zien we af maar we bereiken Curaçao na een supersnelle overtocht van 2,5 dag!

Tijd om uit te rusten en bij te slapen!